Afbeelding

Waarom de NVJ een looneis heeft van 15 procent bij de aankomende cao-onderhandelingen Uitgeverijbedrijf

Algemeen

De torenhoge inflatie en prijsstijgingen zorgen ervoor dat de NVJ dit jaar met een hoge looneis van 15 procent aan tafel komt bij de werkgevers van het Uitgeverijbedrijf. Maar hoe en waarom is die looneis eigenlijk zo opgebouwd? Daarvoor kijken we zowel naar het verleden (2022 en 2023) als naar de toekomst (2024). 

Het verleden

Waarom de inflatiecijfers van 2022 en 2023 een looneis van 10 procent rechtvaardigen

Het verleden gaat over 2022 en 2023. In deze twee jaar is er een cao-verhoging van 5,5%* gerealiseerd in de cao Uitgeverijbedrijf (UB): een verhoging per 1 juli 2022 van 2,9 procent en een verhoging per 1 april 2023 van 2,6 procent.

2022

Het gemiddelde CBS-inflatiecijfer (ook wel consumentenprijsindex of CPI genoemd) van 2022 komt neer op 10 procent. Dit resulteert in een minimaal loonverlies van 7,1 procent voor werkenden in de UB-sector.

10% inflatie - 2,9% cao-verhoging = 7,1% koopkrachtverlies

2023

Voor 2023 bedraagt het gemiddelde inflatiecijfer volgens het CBS tot nu toe 5,4 procent. Daar staat een  cao-loonsverhoging tegenover van 2,6 procent.

5,4% inflatie - 2,6% cao-verhoging = 2,8% koopkrachtverlies

Koopkrachtbehoud

De loonachterstand c.q. het koopkrachtverlies over de periode 2022-2023 is tenminste 9,9 procent (7,1% + 2,8%). Als deze kloof niet wordt gedicht heb je meer dan een maandsalaris verloren. Een verhoging van 10 procent is overigens niets meer dan koopkrachtbehoud; het is dus geen vooruitgang van je koopkracht.

*De cao-verhoging van 5,5 procent over 2022 en 2023 is overigens een gunstige uitleg – in het belang van werkgevers kan je bijna zeggen. Omdat de eerste verhoging pas inging per juli 2022 (de eerste helft kreeg je niks) ging het cao-loon per saldo in 2022 1,45 procent omhoog en was 2,9 procent slechts een verhoging van 6 maanden. Goed om te beseffen. Maar om de discussie niet onnodig ingewikkeld te maken, hanteren we een totale cao-loonsverhoging van 5,5 procent over 2 jaar.

Maar klopt de 10 procent inflatie van 2022 wel? 

De inflatie voor 2022 komt uit op gemiddeld 10 procent. Het CBS is vanaf juni 2023 de inflatie (en dus de CPI) anders gaan berekenen vanwege de energieprijzen en daarmee lijkt het alsof aan het eind van 2022 de inflatie ‘slechts’ 6,8% betrof. De NVJ vindt het belangrijk dat de lonen tenminste de inflatie volgen en volgt dus het CBS nauwkeurig. Het CBS heeft bij monde van hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen echter toegelicht dat de hernieuwde rekenmethode niet betekent dat de inflatiecijfers voor 2022 te hoog waren. Ze waren eerder te vroeg.

CBS: geen wijzigingen met terugwerkende kracht

Waar het om gaat in de nieuwe berekeningsmethode is dat de prijsstijgingen meegenomen worden op het moment dat de mensen die ook voelen. Het CBS heeft zelf ook aangegeven dat gemeten over een langere periode de inflatie uiteindelijk gelijk uitkomt en nog belangrijker: de tot en met mei 2023 gepubliceerde cijfers zullen niet herzien worden door het CBS. Er worden dus geen wijzigingen met terugwerkende kracht doorgevoerd.

Het CBS adviseert met klem om vast te blijven houden aan de eerdere cijfers en dus gewoon het CPI te blijven gebruiken. Dat doet de NVJ en daarom is de inflatie gemiddeld 10 procent in 2022. Zelfs de werkgeversorganisatie AWVN adviseert zijn leden om ook de lijn van het CBS te volgen en tot mei 2023 de ongewijzigde cijfers van het CBS te hanteren.

Eind 2023 weten we precies wat het inflatiecijfer is voor dat jaar. De prognose van het CBS is vooralsnog dat het inflatiecijfer op of rond 5 procent uitkomt (huidige stand is 5,4%).

De toekomst

Looneis 2024

In lijn met FNV hanteert de NVJ een looneis van 5 procent voor 2024.  Dit percentage is in lijn met de verwachte inflatie van 2024 van 4 procent. 

Dezelfde verhoging voor freelancers

De tarieven van freelancers hebben de afgelopen jaar geen gelijke tred gehouden met de inflatie. Om hen te ondersteunen, vindt de NVJ dat de percentages ook moeten gelden voor freelance tarieven. Dat is ook onze eis aan de onderhandelingstafel.

En dan nog dit...

Cao-onderhandelingen lopen doorgaans achter op de economische ontwikkelingen, omdat je in feite vooruitkijkt. Toen de huidige cao tot stand kwam zag de wereld er anders uit, zonder een Oekraïne-oorlog en nog zonder een op hol geslagen energiemarkt; de enorme inflatie werd toen niet voorzien.

De huidige cao loopt eind 2023 af. We hebben nu helder in beeld wat de koopkrachtschade is die mensen in de UB-sector hebben opgelopen en weten ook dat deze historisch is: grootste koopkrachtdaling in 40 jaar. 

Daarbij is dit geen incidenteel gegeven want de koopkrachtschade is structureel. De prijzen zijn blijvend verhoogd en van deflatie is geen sprake. Wordt de koopkracht voor werkenden bij mediabedrijven niet structureel gerepareerd, dan worden we – eveneens - structureel met zijn allen een stuk armer. Een eenmalige compensatie is aardig, maar doet daarom op termijn vrijwel niks voor je koopkracht.

Voorstellenbrief naar de leden van de NVJ

De werknemersleden van de NVJ werkzaam bij het uitgeverijbedrijf hebben donderdag de voorstellenbrief ontvangen met de daarin de inzet voor de komende cao-onderhandelingen die op 12 oktober van start gaan. De leden kunnen tot en met 8 oktober hun stem uitbrengen. Ook freelance-leden werkzaam bij het Uitgeverijbedrijf hebben een informatieve mail ontvangen.